Almere Natuur

Dé blog over de Almeerse natuur


Een reactie plaatsen

Hommelnestmot

De tuin baadt ’s nachts weer in het licht. Ik heb een wit laken tussen twee bomen gespannen en er een heldere witte lamp naast gezet. We gaan weer nachtvlinderen! Het vele licht trekt allerhande insecten aan die vervolgens natuurlijk op naam gebracht moeten worden. Naast nachtvlinders blijken ook allerhande kevers, wespen, vliegen en muggen in de tuin te leven. Overdag zie je daar maar een klein deel van. Deze avond is het slapjes met de motten. Een tweestreepvoorjaarsuil en twee zwartkamdwergspanners, geen vetpot. Gelukkig kan ik me ook vermaken met andere beestjes, zoals kersenpitkever, kartelhalskortschildkever en gegroefde duinzandkever.

Net als ik de boel wil opruimen komt nog een ander motje aanvliegen. Het duurt even voor hij rustig gaat zitten. Daarbij verandert hij van een onrustige fladderaar in een ogenschijnlijk houtsnippertje van anderhalve centimeter. Roomwit aan de kopse kant, gevlekt grijsbruin aan de andere: het is een hommelnestmot. De lichte voorkant wijst erop dat het een mannetje is. Vrouwtjes zijn helemaal gevlekt grijsbruin.

De naam doet een relatie met hommels vermoeden. En zo is het ook. Ze zijn familie van de grote en kleine wasmot. De wasmotten komen vooral bij honingbijen voor, terwijl de hommelnestmot een voorkeur heeft voor de papier-nesten van hommel en wesp. Het vrouwtje legt eitjes in nesten van hommels, wespen en bijen. De wasmot-rupsen die daar uit komen, doen zich tegoed aan de bijenwas en een flinke invasie in een bijenkorf wordt dan ook door imkers gevreesd. De hommelnestmot met zijn voorkeur voor de door veel tuinbezitters gevreesde stekende hommels en wespen moeten we echter koesteren. Door hun aanwezigheid in de hommel- en wespennesten remmen ze de groei van de kolonie af waardoor de overlast minder is. Een mooi voorbeeld van het nut van biodiversiteit.

Ton Eggenhuizen

Advertentie