Staatsbosbeheer heeft, samen met 18 andere partijen het plan gelanceerd om 100.000 hectare bos extra aan te planten in Nederland. Het primaire doel is om CO2 vast te leggen en daarmee een bijdrage te leveren aan de terugdringing van de klimaatveranderingen. Met 500 bomen per hectare, zijn dat vijftig miljoen bomen waar een buizerd zijn nest in kan bouwen. En vijftig miljoen bomen waar een koolmees insecten kan zoeken. Mooi toch?
Ik heb het plan even doorgenomen. Vervolgens heb ik het plan op de term “ecologie” onderzocht. Tot mijn verbazing geen enkele “hit”. OK, levert de term “natuur” dan meer op? Het aantal van 27 hits stemt hoopvoller, maar de helft ervan verwijst naar de organisatie Natuur & Milieu (één van de partners) of bestaande natuurterreinen. Het plan ademt dus geen warm betoog voor maximaal inzetten op natuurwaarden in dit nieuwe bos. Jammer, omdat bos heel rijk aan natuurwaarden kan zijn, én bovendien ook nog productief zo wijst onderzoek van het NIOO aan.
Wat ademt het plan wel? Gezien de partners is het geen verrassing dat het plan doordesemd is met houtproductie. De vraag is gerechtvaardigd of deze aanplant (hoe groot 100.000 hectare dan ook moge klinken) inclusief die houtoogst wel een bijdrage levert aan de CO2-reductie. Het klimaatprobleem wordt immers voor een belangrijk deel veroorzaakt doordat we de bomen opgestookt hebben die de afgelopen 300 miljoen jaren hebben gegroeid, zijn doodgegaan en in steenkool zijn omgezet. Als we die 100.000 hectare aan bomen ook de komende 300 miljoen jaar in de grond zouden laten zitten, zou dat (na 300 miljoen jaar…) een substantiële bijdrage leveren.
Ooit vertelde een slimme man mij dat boswachters best wel bos kunnen aanleggen, maar dat je het hun vervolgens moet verbieden om (minimaal) de komende 100 jaar met bijl of zaag in dat bos te komen. Dan pas krijg je bos zoals de natuur het bedoeld heeft. En dat het dan een bos is met een grote gelaagdheid, afgewisseld met parkachtige open ruimten hoeft verder geen betoog. Gelukkig heeft het bosbeheer zich de laatste jaren geëvolueerd naar een meer ecologische benadering. Toch zijn er nog grote delen van het Nederlands bosareaal dat met zaag en bijl in de ecologisch arme eenvormige en eensoortige stakenfase wordt gehouden. Dit levert immers het makkelijk oogstbare hout met rechte stammen op.
Waar zou die 100.000 hectare bos moeten komen? Ook dat is een zorgenpunt. Iedere vierkante meter in Nederland heeft immers al biodiversiteit. Het bos komt dus in de plaats van iets anders. En dat levert lang niet altijd ecologische of biodiversiteitswinst op. En dat zou wel uitgangspunt moeten zijn. Verlies van biodiversiteit – naast de klimaatcrisis, energiecrisis en de economische crisis – is immers ook een wereldwijd probleem dat het predicaat topprioriteit verdient.
Ik ben op zich niet tegen bos, op zich ook niet tegen bos met als hoofddoelstelling houtproductie en/of recreatie. Maar in dit plan voor 100.000 hectare lees ik te weinig over natuurwaarden om er enthousiast over te zijn. Daarnaast is zichtbaar respect voor bestaande waarden en bestaande landschappen ook geen overbodige luxe.
Ton Eggenhuizen